Kris Peeters gaat op missie naar Zuid Afrika en ontmoet er aartsbisschop en nobelprijswinnaar Desmond Tutu die tegen de Apartheid en voor de vrijheid heeft gevochten. Maar wat gaat Peeters daar eigenlijk vertellen? Dat wij in ons hoogontwikkeld land zelf ook aan een vorm van apartheid doen? Of gaat hij fier uitleggen dat hij minister president is van een Regio die een andere Regio koloniseert en uitbuit? Of is hij misschien een woordje uitleg gaan geven over het feit dat er in het land waar hij beleid voert een constant verschil wordt gemaakt op basis van de taal dat men spreekt?
Wat zeker is is het feit dat er weldegelijk gesproken is over het uitblijven van een regering in het verdeelde België. Het antwoord van Tutu daarop was dan ook enorm pertinent want hij zegt dat men ooit zal moeten samenzitten en tot de conclusie komen dat samenwerking noodzakelijk is. In een familie zijn er regelmatig meningsverschillen, maar toch leeft iedereen samen, voegde hij er nog aan toe.
Desmond Tutu Is een interessant persoon aangezien hij een duidelijke opinie heeft over vele zaken. Het valt me op dat hij geen schrik heeft om tegen opgelegde regels in te gaan ten voordele van de verdraagzaamheid. Zelfs over homosexualiteit, iets dat nochtans door zijn eigen kerkleider als onaanvaardbaar worden aanzien, heeft hij een hele tolerante opinie. Hij kan het namelijk niet geloven dat de Bijbel een verschil zou maken tussen andere levenspatronen, net zoals hij niet kan geloven dat God een vrouw zou straffen omdat ze een man had moeten zijn of een zwarte omdat hij blank had moeten zijn. Gelijkheid, als tegenpool van Apartheid, krijgt door Tutu dus een heel breed perspectief toegewezen.
Als de Belgische “Vlaamse” en “Waalse” politiekers eventjes hun eigen belangen aan de kant zouden schuiven om plaats te maken voor een nuchter en toleranter zicht op de toekomst, dan zouden ze misschien beseffen dat een versplinterd beleid geen oplossing biedt. Het versterkt enkel het nationalistische gedachtegoed en zet verschillende gemeenschappen tegen elkaar op. Misschien zouden de politiekers zelfs inzien dat Brussel, buiten het territoriale potentieel als hoofdstad ook een stad is waar mensen niet naast elkaar maar eerder met elkaar willen samenleven. Want in Brussel is onze onderbuur een Marokkaan, onze bovenbuur een Eurocraat, onze linkerbuur een Vlaming en onze rechterbuur een Waal. Als Brusselaar willen wij iedereen kunnen aanzien als Brusselaar en daarom is het zo belangrijk om een beleid te voeren dat alle Brusselaars (liever nog alle Belgen) op gelijke voet behandeld.
Net zoals Tutu vraag ik me af of ik die vrijheid nog ooit zal kunnen meemaken. Hoelang zal het nog duren voordat Vlaanderen en Wallonië onze Brusselse Regio loslaat en de bevoegdheden geeft die het toelaat de stad te besturen zonder dat mensen verschillend moeten worden behandeld op basis van een verplichte taalkeuze!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten